Gids voor Zuid-Afrika

Het was weer meivakantie en voor Tijs en mij staat dat gelijk aan de backpack volgooien en op het vliegtuig stappen. Het liefst zo ver mogelijk. Ook dit jaar is dat weer gelukt, want we vlogen afgelopen 23 april een kleine 10 uur naar Johannesburg in Zuid-Afrika. Over mijn backpack inpakken doe ik niet zo moeilijk. Ik begin het liefste op het aller-aller-laatste moment, zo rond 22:00 uur ’s avonds, en pak de laatste dingetjes om 05:00 uur ’s morgens in. Dit alles tot grote ergernis van Tijs, die wel drie dagen van tevoren begint met inpakken. Het lijkt dus alsof mijn voorbereiding nihil is, maar dat is niet helemaal waar. Meestal zoek ik van tevoren op internet naar culturele verschillen tussen Nederland en het land waar ik naar toe ga. Dan weet ik meestal ongeveer wat handig is om mee te nemen, maar vooral ook wat handig is om daar aan te trekken. Hoe meer onnodige dingen je meeneemt, hoe meer je moet zeulen met je backpack. En laat ik daar nou meestal niet zoveel zin in hebben! Dit jaar moest ik van Tijs per se truien meenemen, waardoor ik de zwaarste backpack ooit meehad, ruim 9 kilo. Ik kan je vertellen: wat was ik blij dat ik ze mee had! Hieronder mijn gids voor Zuid-Afrika:

Zuid-Afrika. Zon. Leeuwen. Hakuna Matata. Jungle. Hitte. Zou je denken. Ik ben dus één van die ondoordachte toeristen die nooit heeft opgelet bij aardrijkskunde vroeger. Het is, buiten de zomer om, dus NIET heel erg heet in Zuid-Afrika! Sterker nog: het is er een uiterst aangename temperatuur, waarbij je gewoon relaxed in je spijkerbroek kan rondbanjeren, zonder dat het zweet in je bilnaad druipt. Om kwart voor 6 gaat de zon onder, om 6 uur is het helemaal donker en om 10 over 6 vries je bijna aan de grond vast. Oké, overdreven, maar de temperatuur daalt snel. We hebben avonden doorgebracht in ‘gevoelstemperatuur’ 10 graden en ik had alleen een heel dun jasje mee. Gelukkig zijn ze in Zuid-Afrika dol op de braai dus kan je je boven de vleesdampen en kolen opwarmen, terwijl de rook in je gezicht slaat. Mijn advies naar ieder die nog naar Zuid-Afrika toe wil: kijk goed in welk seizoen je gaat en neem genoeg warme kleding mee! Laat in de herfst je zomerjurkjes en hotpants thuis. Die heb je niet nodig.

In een t-shirt/topje en spijkerbroek heb ik mij daar uiterst vermaakt, terwijl de Zuid-Afrikanen met mutsen op, dekens omgeslagen en wanten aan langs de snelweg liepen.

Wij hebben ervoor gekozen om in Johannesburg een auto te huren. Ik zou ook niet weten hoe je je anders moet verplaatsen in zo’n immens groot land als Zuid-Afrika. Er bestaat wel openbaar vervoer, een soort gedeeld taxi-busje die als wegpiraten over de snelweg stuiven, maar daar heb je veel tijd, geduld en stalen zenuwen voor nodig. Drie elementen die wij deze vakantie allebei niet hadden. Het huren van een auto hadden we (lees: Tijs) in Nederland al gedaan bij een gerenommeerd verhuurbedrijf. Het is verstandig om goed te checken of je een reservewiel in je huurauto hebt zitten. Zeker in de noordelijke provincies zitten er veel grote gaten in het wegdek. Ook is het heel verstandig om van tevoren na te denken over het soort auto. Ze rijden in Zuid-Afrika links en alles is gespiegeld. Wij hebben gekozen voor een automaat, want met links schakelen zag ik niet zitten. Daarbij kan ik je adviseren om veel tijd uit te trekken voor de afstanden die je moet rijden. Door wegwerkzaamheden en alcoholcontroles loop je zo rustig een tot twee uur vertraging op. Daarbij zijn ze dol op snelheidscontroles en die voeren ze bij voorkeur uit onderaan een heuvel, zodat je wat sneller rijdt dan normaal.

Verder wil je in Zuid-Afrika niet rondrijden in een halfgare bak. Het land ademt uit al zijn poriën nog steeds apartheid en op sommige plekken wil je gewoon niet stil staan, omdat je auto het begeeft. Zelfs niet om even te plassen. Ik heb Zuid-Afrika als veilig ervaren, maar je moet wel je verstand gebruiken en op je hoede zijn. Er is veel armoede, zeker in de townships, en er heerst veel criminaliteit. Ga nooit alleen (en zeker niet als blanke) een township in. Houd altijd ramen gesloten en de deuren van de auto op slot. Ook is het geen goed plan om ’s avonds te gaan autorijden en al helemaal niet in Johannesburg. Doe je het tóch of je hebt geen keus: wacht nooit ’s avonds op groen licht! Rij door rood. Anders is de kans dat je verder reist zonder auto bijzonder groot.

Angst is overigens in deze soms ook een slechte raadgever. Door alle tips en adviezen over veiligheid ben ik mij banger en voorzichtiger op gaan stellen dan misschien nodig was. In de meeste normale dorpjes buiten de grote steden om kan je gewoon prima tot 21:00 uur ’s avonds te voet over straat. Daarna is het verstandig om een taxi te nemen. De grootste stelregel vind ik toch wel: zie er niet uit als een toerist en het gaat allemaal prima. Dus geen camera’s om je nek, niet zwaaien met dure bezittingen (smartphone, camera, portemonnee), niet jezelf volhangen met sieraden (ik droeg helemaal niets) en niet al te dure kleding aantrekken, want dan ben je namelijk niet interessant genoeg om te beroven. Betekent overigens niet dat je niet meer voorzichtig hoeft te doen! Hetzelfde geldt voor de auto: helemaal, maar dan ook echt helemaal, leeghalen (dus ook geen waterflesjes oid achterlaten), dashboardkastje leeg en openzetten en de deuren op slot. Als er niets te zien valt, valt er ook niets te halen en is je auto doorgaans veilig.

Bovenstaande zaken zijn de dingen waar ik zelf het meeste tegenaan ben gelopen, vandaar dat ik dit graag deel. Ik denk dat de beste tip misschien toch hoort te zijn: geniet! Zuid-Afrika is een schitterend land met waanzinnige landschappen. Zeker onderweg heb ik de meest fantastische uitzichten gezien. Ze hebben uitstekende wijn en een uitstekende keuken. Ze drinken er ontzettend graag thee en het wordt geserveerd in een potje. Ze zijn het gelukkigst als je rooibos thee bestelt. De mensen zijn doorgaans ontzettend vriendelijk en het loont om eens een gesprek in het Afrikaans te voeren. In grote lijnen verstaan wij Nederlanders er aardig wat van. Daarbij is Kaapstad een echte must! Het is één van de weinige steden, misschien wel de enige, in Zuid-Afrika waar de verschillende culturen en inwoners zich enigszins vermengd hebben. Zeker in het noorden is de kloof tussen arm en rijk gigantisch, waarbij arm en rijk helaas ook nog steeds gelijk is aan zwart en wit. Ik vond dat in Kaapstad echt een verademing. Daarbij biedt de stad en de omgeving veel bezienswaardigheden: de tafelberg, wijngaarden, Kaap de goede hoop, pinguïneiland Boulders Beach, Nationale parken met grote dieren (leeuwen bijv.) Robben eiland, de township en nog vele andere fantastische dingen.

Dus: Boek.Nu.Zuid.Afrika!